Aanpassingen lucratief belangregeling
De lucratief belangregeling ziet op het belasten van inkomsten die werknemers behalen uit investeringen met hoge rendementen. Deze lucratief belang investeringen worden geacht een beloning te zijn voor de verrichte werkzaamheden van deze werknemers.

Dit speelt vooral bij private-equityfondsen en management participaties, waarbij de managers in staat worden gesteld te investeren in een aandeel van de winst dat een relatief hoog rendement kan opleveren in verhouding tot hun geïnvesteerde kapitaal. In principe worden de lucratief belang voordelen als resultaat uit overige werkzaamheden in box 1 belast (tegen het progressieve tarief tot 49,5%).
De huidige wet biedt echter een mogelijkheid om deze voordelen in box 2 (aanmerkelijk belang) te belasten tegen een maximaal tarief van 31% in 2025. De voorwaarden om in aanmerking te komen voor deze aanmerkelijk belang variant zijn de volgende.
- De manager moet het lucratief belang middellijk houden via een houdstervennootschap, waarin de manager een aanmerkelijk belang houdt.
- Er geldt een doorstootverplichting die inhoudt dat minstens 95% van de voordelen uit het lucratief belang in hetzelfde jaar worden uitgekeerd aan de manager in privé.
Als aan deze voorwaarden wordt voldaan, dan worden de voordelen uit het lucratieve belang belast in box 2 (maximum tarief 31%) in plaats van in box 1 (maximum tarief 49,5%).
De afgelopen jaren ontstond vanuit de politiek de wens om de belastingdruk van het middellijk lucratief belang zwaarder te belasten.
Onder het voorstel in het Belastingplan blijft het huidige systeem bestaan en blijven de voordelen uit lucratief belang in principe belast in box 1 of, onder de hierboven genoemde voorwaarden, in box 2. Echter, per 2026 komt er een vermenigvuldigingsfactor op het box 2-inkomen uit een middellijk gehouden lucratief belang. Hierbij wordt de effectieve belastingdruk in box 2 verhoogd met een multiplier van 36/31 (op basis van het box 3/maximum box 2 tarief in 2025). Vanaf 2026 komt de regeling dan in feite neer op een verhoging van de effectieve belastingdruk van 24,5% naar 28,45% voor de eerste tariefschijf in box 2 en op een verhoging van 31% naar 36% voor de tweede tariefschijf in box 2. Daarmee wordt voor middellijke lucratieve belangen aangesloten bij het tarief in box 3 (36%).
Er komt geen overgangsregeling zodat de nieuwe regeling ook op bestaande belangen van toepassing is.
Tenslotte is de lucratief belangregeling aangepast om in specifieke situaties misbruik te voorkomen.
Heeft u nog vragen?
Neem direct contact op met mr. Jan-Marc van Beusekom, Partner bij HLB Blömer in Nieuwegein.
Stuur een e-mail of bel + 31 (0)30 605 85 11